Gevelplant aanvragen

Wil je straat of gevel opfleuren met een geveltuin? 
Vraag dan eerst een vergunning aan. 
 


 

Hoe vraag je het aan?

  1. Vraag je plantvak voor de aanleg online aan.

    Gelieve alle gegevens in te vullen alsook een foto of schets van de gewenste locatie. 
    De plantvakken worden in de maanden maart, mei en oktober aangelegd.

  2. Je aanvraag wordt verwerkt.

    De lijst dienen we 1 maand voor de volgende aanleg door te geven aan de aannemer, nadien zijn aanvragen voor de volgende aanleg.

  3. Je krijgt een bericht over de beslissing.

    Je krijgt een brief per post.
    Het plantvak zal in de maand voorafgaand aan de aanleg afgetekend worden ter plaatse.

  4. Een tuinaannemer verwijdert een of meerdere tegels, plaatst een boordsteen en vult het gevelplantvak met teelaarde.

    Je zorgt zelf voor de aanplanting, de eventuele klimhulp en het onderhoud van de geveltuin. 

Hoeveel kost het?

  • De vergunning is gratis.
  • De Stad legt het plantvak gratis aan. 
  • Je betaalt zelf de kosten voor het aanplanten en onderhouden van de geveltuin. 

Waar kan je terecht?

Wat zijn de voorwaarden?

  • Plaats een gevelplant alleen tegen je eigen gevel of maak duidelijke afspraken met je verhuurder of buren.
  • Plaats je gevelplant op minstens 50 centimeter van de perceelgrens.  
    Als je gevelplant dichter dan 50 cm van de perceelgrens komt, heb je de toestemming van je buren nodig.
  • Vanaf de gevel mag je maximaal 30 centimeter bestrating wegnemen. Er moet op het voetpad altijd een vrije doorgang zijn van minstens 1 meter.
  • Indien blijkt dat onder de bestrating ondiepe nutsleidingen liggen, kan de vergunning geweigerd worden.
  • De gevelbeplanting mag niet meer dan 50 centimeter buiten het gabarit (verticaal profiel) van de gevel komen. Snoei de planten tijdig zodat ze de vrije doorgang van 1 m nooit belemmeren. Boven de 2 meter en 20 centimeter mogen de planten wat breder uitgroeien.
  • Zorg dat straatnaambordjes en borden voor gas en water altijd zichtbaar blijven.
  • Houd klimplanten weg uit goten, voor ramen en van dakpannen door ze regelmatig te snoeien.
  • De meeste planten hechten zich niet automatisch vast, maar hebben klimhulp nodig. Plaats een klimhulp die past bij de groeiwijze van jouw klimplant. Kies voor een stevige klimhulp in duurzaam materiaal.
  • De geveltuin mag geen hinder veroorzaken voor voetgangers en andere weggebruikers. Zo zijn stekelige of doornige planten gevaarlijk voor blinden, slechtzienden en kinderen. Vermijd planten met bessen of planten die giftig zijn voor de mens. Vraag meer informatie over de soortkeuze aan een medewerker. 
  • De rand rond de uitsparing in  het voetpad mag niet hoger zijn dan 10 centimeter. Vermijd scherpe randen om ongevallen te voorkomen.

Veelgestelde vragen

Indien je gevel een beschermd monument is of deel uitmaakt van een beschermd stads- of dorpsgezicht moet je goedkeuring vragen aan de dienst Monumentenzorg en Erfgoedzaken (Onroerend erfgoed).
Voeg de goedkeuring aan je aanvraag toe.

Neem hiervoor vooraf contact op met:

Monumentenzorg en Erfgoedzaken, Oostmeers 17, 8000 Brugge, 050 47 23 65 of monumentenzorg@brugge.be.

Regelgeving

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening op het bouwen, verkavelen en op de beplantingen.


 

Iets fout of onduidelijk op deze pagina?

Laat het ons weten