Parken Brugge centrum

Brugge is een historische stad, een provinciehoofdstad, een culturele stad. Brugge is een gezellige stad waar het goed is om te leven. Brugge is een groene stad.
Wie een luchtfoto van de Brugse binnenstad bekijkt, merkt pas goed hoeveel groen er binnen de, op zich al erg groene, omwallingen te vinden is. Het gaat niet altijd om publiek groen: er zijn opvallend veel private binnentuintjes en zelfs een paar grote stadstuinen.
Maar er zijn ook de openbare parken waar iedereen van kan genieten. Niet zozeer in het historische hart, wel aan de rand van de binnenstad.
Daar is uiteraard een verklaring voor: de omwalling is lange tijd te ruim geweest voor Brugge, grote stukken van de binnenstad bleven eeuwenlang onbebouwd en kregen andere bestemmingen als moestuin, kloostertuin, raamland en blekerijweide, als schuttershof en als hofbouwgrond. Sommige van de nu nog aanwezige stukken groen in de Brugse binnenstad hebben zelfs hun oorspronkelijke bestemming behouden.

Hieronder kan je alle parken in de binnenstad terugvinden:

  1. Koning Albert I park
  2. Park Sebrechts
  3. Graaf Visartpark en POP UP Visart
  4. Pastoor Van Haeckeplantsoen
  5. Sincfalpark
  6. Hof De Jonghe
  7. Gezellekwartier en Gezellewarande
  8. Koningin Astridpark en het grote speelplein
  9. Hof Arents
  10. Minnewaterpark
  11. De Vesten
  12. Begijnhof
  13. Baron Ruzettepark
  14. Park Oud Sint-Jan

Stad Brugge investeert in nieuwe parken

  1. Katelijnepark
  2. Site oud militair hospitaal
  3. Park Bleekweide/Stoerhuus

 

 

 

Koning Albert I park

Wie Brugge langs de zuidzijde binnenkomt, wordt aangenaam verrast door het plots opduikend groen van het Koning Albert I-park. Meer dan een eeuw lang ‘stoomden’ treinen hier de stad binnen, op weg naar het station op ’t Zand. Langs beide zijden van de sporen lagen brede stroken laag grasland, resten van blekerijweiden.

Op het ogenblik dat het hele spoor- en stationscomplex naar de stadsrand verhuist, duiken verschillende plannen op om de brede bres naar de Boeveriepoort een nieuwe bestemming te geven. Het meest groene plan won het pleit.

Voorjaarsbollen en bloemperken

In Brugge wordt het begin van de lente uitbundig onderstreept door een kleurrijk bloemenspektakel in de grasbermen tussen het station en ’t Zand, en langs de ringlaan.  Tienduizenden narcissen en krokussen vormen sinds 1994 een feestelijk paaslint om het ei van de Brugse stadskern.

In de zomer trekken bloemperken op enkele goedgekozen plekken in de parken de aandacht. De perken op de Unescorotonde, op het Stationsplein en aan het ruiterstandbeeld van Koning Albert I illustreren hoe ook deze beplantingen door trends en tijdsgeest bepaald worden.

Vandaag wordt meer gebruik gemaakt van een grillige mix van perkplanten in een harmonisch kleurenpalet en met contrasterende bloeiwijzen, die resulteren in natuurlijk ogende combinaties. Een illustratie van het verplaatsen van de aandacht voor de cultuurtechnische kennis naar meer aandacht voor natuur en milieu.

Het vernieuwde park werd mede mogelijk gemaakt door het Europees project Water resilient cities.

Momenteel zijn er grote werken aan de gang in het park door de uitbreiding van de ondergrondse parking.

Park Sebrechts

In tegenstelling tot het Koningin Astridpark zijn de jongere stadsparken in Brugge minder opvallend in het straatbeeld. Dit heeft veel te maken met de voorgeschiedenis van deze parken.

Uit de zorg om de leefkwaliteit in de binnenstad te verhogen, levert het bestuur in de laatste decennia van de vorige eeuw grote inspanningen om grote private tuinen die als open of groene ruimte dreigden verloren te gaan een publieke bestemming te geven.

Verborgen achter oude stadswoningen tussen Oude Zak en Beenhouwersstraat ligt een verrassend groot stadspark met een boeiende voorgeschiedenis. De waardevolle en zeldzame grote bomen en de sfeer van het park getuigen van de passie voor bomen en bloemen van de vroegere eigenaars. Het park sluit na zonsondergang.

Professor Sebrechts

Jozef Sebrechts is op 11 februari 1885 in Willebroek geboren. Hij behaalt in 1908 het diploma van doktor in de geneeskunde en specialiseert zich in maag- en darmchirurgie. Internationaal geldt hij als de pionier van de ruggenmergverdoving. 

In 1910 komt hij in Brugge wonen en werkt mee aan de start en de ontwikkeling van de Sint-Jozefskliniek aan de Komvest en is daar de belangrijkste chirurg. Hij bouwt ook een loopbaan uit aan het Sint-Janshospitaal. In 1924 koopt hij op eigen houtje een ambulance en betaalt personeel voor het ziekenvervoer.

Om zijn gedachtenis blijvend te eren beslist het College van Burgemeester en Schepenen in 1948 om de Gasthuisstraat te wijzigen in Professor Dr. J. Sebrechtsstraat en in 1980 krijgt dit nieuwe stadspark zijn naam.

 

 Graaf Visartpark en POP UP Visart

Niet in de binnenstad zelf, maar er helemaal tegenaan gekleefd, ligt dicht bij de Ezelpoort het Graaf Visartpark. Misschien kennen sommige dit parkje nog steeds als ‘het verkeerspark', waar in jaren 60 duizenden kinderen verkeersregels kwamen leren. Enkel de smalle asfaltpaadjes herinneren nu nog aan deze tijd.

Oorspronkelijk heette het Milne-Edwardspark. De in Brugge geboren Engelsman Henri Milne-Edwards is goed bevriend met de burgemeester Visart de Bocarmé. 
In 1929 echter, vijf jaar na de dood van de populaire burgemeester Visart, verkiest men om het park om te dopen tot Graaf Visartpark.

Elke zomer is een POP UP bar in het park aanwezig.

 

Pastoor Van Haeckeplantsoen

Wie de luchtfoto van Brugge bekijkt ziet her en der kleine, maar ook enkele grotere groenvolumes opduiken tussen het dakenspel van de stad. Het oude stadshart is zeer dicht bebouwd en het minst met groen bedeeld. Daarbuiten, naar de stadsrand toe, vallen naast de ontelbare stukjes snippergroen achter de huizen, enkele parken en grote stadstuinen op. Het gaat hier vaak om tuinen die de tijd hebben overleefd, tuinen die een soms merkwaardige geschiedenis achter de rug hebben.

Het Pastoor Van Haeckeplantsoen is zo’n voorbeeld. Het was ooit een private tuin, vandaag een parkje voor de buurt.
In de hoek gevormd door de Ezelstraat en de Gulden-Vlieslaan ligt het Pastoor Van Haeckeplantsoen helemaal verscholen. Het is een sfeervol parkje, toegankelijk via de zij-ingang van een gebouw in de Ezelstraat en via de Raamstraat.

Het gehavende parkje wordt door de Groendienst in het voorjaar van 1983 opgeknapt. De vijver is ontslijkt en gereinigd, er worden zithoekjes aangelegd en de wandelpaadjes krijgen een nieuwe afwerking. Het parkje wordt genoemd naar de opmerkelijke figuur van Pastoor Van Haecke (1829-1912), die omstreeks 1900 onderpastoor is van de Sint-Jacobsparochie.

 

Sincfalpark

Een stad aantrekkelijker maken als dagelijkse leefomgeving is geen eenvoudige opdracht. Uiteenlopende en vaak tegenstrijdige functies moeten op een beperkte “dure” ruimte samengaan. Het vrijwaren van open ruimten om ze als groene oase te laten functioneren voor de bewoners is een onmisbare schakel in een succesvol stadsvernieuwingsproces.

Zo’n onvermoede groene plek ligt verscholen achter de huizen van de Calvariebergstraat. Voor velen klinkt de naam Sincfal wellicht vreemd in de oren. Het is een oord dat eeuwenlang een rustige geschiedenis kent en die pas in de jaren 1970 een nieuwe wending neemt.

Ruim 1 ha van de vroegere kloostertuin werd voor het buurtpark gereserveerd. De langgerekte vijver met rijke oeverbeplanting en de rijen met oude geknotte linden herinneren er nog vaag aan de tijd toen er slechts brevierende paters van de stilte en de rust genoten. De bomen zijn er uitgegroeid tot forse exemplaren en vormen samen met de dichte heestermassieven een stadsbos in zakformaat. Ondanks de omgevende bebouwing kan je er in gedachten ver van de bewoonde wereld dwalen.

 

Hof De Jonghe

Grazende schapen in de Brugse binnenstad? Het mag dan niet evident klinken, maar wie tussen de huizenrijen langs de Langerei of de Julius en Maurits Sabbestraat de toegang naar de achterliggende Hof De Jonghe vindt en doorwandelt, zal er in een bijna bucolische omgeving terechtkomen en bij het zien van de boomgaard met grazende schapen zich plots ver van de stad kunnen wanen.

Hof De Jonghe is toegankelijk via een tudorboogpoort die zich situeert tussen de huizen Langerei 77 en 82 maar ook via 's Gravenhof en de Julius en Maurits Sabbestraat.

Vele van de oude fruitbomen hebben in de voorbije decennia last van de hoge grondwaterstand en kwijnen. Een grondige verjongingsbeurt dringt zich op. In 2004 worden nieuwe hoogstamfruitbomen aangeplant, en met het graven van de drinkpoel geraken de problemen veroorzaakt door wateroverlast opgelost.

 

Gezellekwartier

Een wandeling in het Gezellekwartier is een ontdekkingstocht langs de meest groene kant van Brugge.

Vanop de molenwallen langs de Kruisvest kan je al een nieuwsgierige blik werpen in de aanpalende private tuinen, een glimp opvangen van de grote historische kloostertuinen van het Engels Klooster en de abdij Ten Duinen (nu Grootseminarie), en de geconcentreerde activiteiten gadeslaan in de groene oasen van de Sint-Sebastiaansgilde en de Sint-Jorisgilde. Laat vooral niet na de sfeer in de tuin van het Guido Gezellemuseum te proeven en in de aanpalende woonwijk te slenteren.

De tuinstadbeweging

De Engelse journalist Ebenezer Howard lanceert in 1898 het idee van de ‘Tuinstad’ dat in de twintigste eeuw lange tijd als de hoeksteen van de moderne stedenbouw wordt beschouwd. Hij introduceert met de ‘Tuinstad’ het concept voor tuinwijken of zogenaamde ‘Golden Cities’ waarin de kwaliteiten van de functionele stadswoning verenigd worden met het groene en meer sociale aspect van het wonen op het platteland. In een tuinwijk primeert het gemeenschapsgevoel op het individuele gevoel door de aanleg van de publieke ruimte die meestal in villawijken bestaat.

Gezellewarande

De Guido Gezellewarande werd een paar jaar geleden opnieuw heringericht. De openheid van het terrein, het natuurlijke groenkarakter en de zichtbaarheid van op de straat zijn niet alleen behouden maar ook versterkt.
Er werd een nieuw terras tegenaan de schuttersgilde aangelegd. Rond de bestaande kuilvorm werd een fijne boord aangelegd. Op deze boord staat een gedicht van Guido Gezelle.
Op het vernieuwde speelterrein kunnen kinderen tussen 0 en 12 jaar zichzelf uitleven.

 

Koningin Astridpark en het groot speelplein

Breed uitgegroeide kruinen heersen over Brugges oudste openbaar park. Weer of geen weer, zomer of winter, een romantische sfeer hangt er altijd. Wat landschapsarchitect Egidius Rosseels anderhalve eeuw terug, bij het ontwerpen van ‘den publieken hof’ voor ogen had, is nu tot volle pracht ontwikkeld: een stukje idyllisch landschap, midden in de stad.

Het Koningin Astridpark is een schoolvoorbeeld van een open ruimte die eeuwen stadsontwikkeling als kloostertuin heeft overleefd.

De Leuvense landschapsarchitect Egidius Rosseels (1800-1877) krijgt in 1851 de opdracht om een parkontwerp op te maken. Rosseels laat zich daarbij sterk leiden door de 18de eeuwse Engelse landschapsstijl, die in de 19de eeuw op het vasteland hét gesublimeerde voorbeeld is in de parkaanleg.

Het meer dan anderhalve eeuw oude park vraagt vandaag speciale aandacht. Zowel het intens gebruik als de volle wasdom van de bomen maken van het beheer geen eenvoudige zaak. Naast boomverjonging is het instandhouden en het herstel van de plantenrijkdom een prioriteit.

 

 

 Hof Arents

Achter de Onze-Lieve-Vrouwekerk bevindt zich de Hof Arents.

Dijver 16 met de Hof Arents maakt oorspronkelijk deel uit van het befaamde Gruuthusehof. Het wordt er in 1580 van afgescheiden en in 1662 verkocht aan de rijke handelaar Anthone vander Zijpe. Hij is de bouwheer van een prestigieus woonhuis, waarvan vandaag nog heel wat bouwelementen bewaard zijn. Het huis Arents is één van de belangrijkste neoclassicistische woningen in de Brugse binnenstad.
Na de aankoop van het eigendom door de stad in 1909 worden de tuinmuren verlaagd en wordt een verbinding gecreëerd naar het Gruuthusemuseum via een nieuw brugje, het nu zeer beroemde Bonifaciusbrugje.

 

Minnewaterpark

Vele eeuwen lang zijn de gronden van het Minnewaterpark in gebruik als bleekveld. De oudste vermelding hieromtrent dateert van 1580. Tot in het begin van de 20ste eeuw is heel dit gebied nog als blekerij in handen van de weduwe A. Banckaert. Daarna wordt het versnipperd en komt het in bezit van verschillende eigenaars. De gezusters Felicita en Emma Banckaert verkopen hun erfdeel – het woonhuis, looihuis, de blekerij en de tuin - aan Ludovic Fraeys de Veubeke. Hij laat er een kasteel in neobarokke stijl, ’t Fraeyhuis, bouwen, naar een ontwerp van architect Theo Raison (1869-1937), en een tuin aanleggen.

Bij het ontwerp van het park zijn twee doelstellingen nagestreefd: enerzijds het afronden van de toeristische wandelas in de buurt van het Minnewater en anderzijds het creëren van een groenzone met verschillende passieve recreatieve functies. Gebruik makend van de waardevolle restanten van de tuinaanleg van het Fraeyhuis, in het bijzonder de paden afgezoomd met leilinden, wordt de basisstructuur van het nieuwe park uitgetekend.

Lees alles over de heraanleg van het Minnewaterpark!

 

De Vesten

De Vesten kwamen op het eind van de 13de eeuw tot stand. Ze vormen de tweede omwalling rond de Brugse binnenstad. De eerste is nu nog zichtbaar in het patroon dat de reien vormen.
Hun fiscale en militaire functie zijn de Vesten kwijt, nu hebben ze vooral een landschappelijke en recreatieve betekenis: ze vormen één langgerekt park.

Het werd grotendeels ontworpen door de Leuvense en Gentse landschapsarchitecten Egidius Rosseels (vanaf 1853) en Hubert Van Hulle (vanaf 1879).

De vesten zijn 7 kilometer lang: een ideale afstand om al wandelend kennis te maken met de stad en hoe deze zich tot de omgeving verhoudt. Met hun 26 ha (15 ha gazon, 7 ha beplanting en 4 ha wandelpaden) en ongeveer 3350 bomen, waaronder heel wat bijzondere soorten, maken de vesten samen met de stadsparken, van Brugge een Groene stad.

 

Begijnhof

De binnentuin van het Begijnhof is, met zijn schuine populieren en gele narcissen (‘paasbloemen’) een wereldberoemde ansichtkaart.

 

Baron Ruzettepark

Het Baron Ruzettepark is een stadspark aan de rand van Brugge, in de omgeving van de Komvest. Het heeft van oorsprong een driehoekige vorm. Aan de andere kant van het Komvest is het kleinere Sincfalpark gelegen.

In het park werden nieuwe perken aangelegd, met onder andere meer lentebloemen. In de zomer van 2016 werd een openbare barbecue geplaatst, de eerste in een stadspark van Brugge.
De grote spoorbalken in het park verwijzen naar het voormalige rangeerstation. In maart 2018 kreeg het park een aantal fitnesstoestellen.

 

Katelijnepark

Waar het kanaal Gent Brugge de Brugse binnenstad binnenkomt, zijn een aantal restgronden gelegen tussen de weg en kanaal infrastructuren, bedrijventerrein en woonwijken. Één van deze gronden is het Katelijne eiland. Het bestaat uit een wilgenbos, veel wilde dieren en planten vinden hier hun onderkomen en zo vlak bij de Brugse binnenstad is dat uniek.

Het Katelijnepark wordt een nieuwe groene long voor Brugge en is als het ware een ‘bio based solution’ voor hittegolven, fysieke en mentale gezondheid en het welbevinden in de grijze bebouwde Katharina en stationswijk.

Vier pijlervisie

1. Verkoeling aan het water

In dichtbebouwde zones laten de gevolgen van de klimaatverandering zich veel harder gelden.
De aan elkaar grenzende Katharina en Stationswijk zijn beiden groenarm en dicht bewoond. Ze worden van elkaar gescheiden door het Kanaal en het Katelijne eiland. We bieden water en groen dichtbij aan om verkoeling te zoeken. Het toegankelijk maken van het Zuidervaartje is hierbij een eerste piste die we zullen onderzoeken. De realisatie zal afhangen van de resultaten van het onderzoek naar waterkwaliteit, veiligheid en overleg met andere stakeholders.

2. Een helende toegang tot het groen vanuit het woonzorgcentrum

Een woonzorgcentrum kijkt uit op het Katelijne eiland, maar de bewoners kunnen dit eiland niet gebruiken om er verkoeling te zoeken wegens het afgesloten karakter. Omdat op het eigen terrein geen mogelijkheid is tot groen, zou dit nochtans wenselijk zijn.
Ook andere positieve gezondheidseffecten zijn te verwachten Natuur heeft een helend en gezondheidsbevorderend effect, vermindert depressie, prikkelt zintuigelijk en is bevorderend voor ouderen en patiënten met dementie.

3. Gezond en gelukkig samenkomen

De kinderen in de wijken van het Station en Katharinawijk hebben weinig tot geen mogelijkheden tot buitenspel in hun nabije omgeving.  We plannen een avontuurlijk park met een hangbrug, houten balkjes, en dergelijke meer. Houten sculpturen gemaakt uit Brugs hout nodigen uit om te verkennen, op de sculpturen te klimmen, erop te zitten en prikkelen de fantasie.

4. Genieten tussen natuur en water

De schrale zanderige ondergrond biedt een aanknopingspunt tot natuurherstel. Het gebied zal worden begraasd door schapen.

Aan het Zuidervaartje voorzien we moerasontwikkeling door het riet te herstellen Dit zal mee het “ bepalen voor het verkoelen langs het water.

De boszone wordt in stand gehouden De huidige wilgen bieden daarenboven pootmateriaal om waar nodig en wenselijk bijkomende beplanting te voorzien. In het noordelijke grasland kunnen in overleg met een plaatselijke imker bijenkasten geplaatst worden.

 

Project 'Oud Militair Hospitaal – Peterseliestraat: Een nieuw park, horeca en-handelspand en bouw sociale wooneenheid

De site rond het oud militair hospitaal in de Peterseliestraat krijgt een geheel nieuwe invulling waar iedereen kan van meegenieten.

Voortuin als schakel met de buurt

Langs de site start een nieuwbouwproject voor sociale huurappartementen met een private groenzone voor de bewoners ingericht met natuurrijke speelpleinen, zitplekken en een moestuin.
In de huidige binnentuin staan markante lindebomen en berken. Deze prachtige bomen zullen zoveel mogelijk behouden worden om een sfeervolle en aangename woonkwaliteit te voorzien.

De brede strook palend aan Hemelrijk wordt als openbaar park ingericht. De ommuring is historisch waardevol en wordt slechts beperkt doorbroken. Aan de binnen- en buitenzijde kunnen klimplanten de intieme sfeer versterken en een meerwaarde betekenen voor biodiversiteit.

De voortuin is ingericht met een knipoog naar het verleden, met hagen en plantvakken.

Het oud militair hospitaal wordt gerenoveerd naar een horeca en handels- huisvesting. In de omhaagde zone worden terrassen met picknickbanken voorzien die voor de horeca kunnen dienen en de bewoners om te picknicken, te lezen, een babbeltje te slaan, ….
Het volledige ontwerp houdt rekening met de historische context van de site.

Fiets- en wandelverbinding

Doorheen het publieke park wordt een wandelverbinding voorzien die de Oliebaanstraat met de Snaagaardstraat verbindt.
Het gebied van het oud militair hospitaal wordt na de inrichting een luwe zone voor de fietser en wandelaars.
De toegang voor het autoverkeer is aan de Snaagaardstraat. Deze toegang leidt rechtstreeks naar een ondergrondse parking en een kleine bezoekersparking.
De toegang aan de Peterseliestraat is enkel toegankelijk voor fietsers en voetgangers. Over de gehele site worden voldoende fietsenstallingen voorzien voor bewoners en bezoekers.

 

 Bleekweide/Stoerhuus

De voormalige bleekweide, was in het verleden geen stadseigendom en was in private handen. Door de ontwikkeling van het co-housingproject Stoer Huus en de bouw van appartementen, kwam de opportuniteit deze centrale groenzone kosteloos over te maken aan de Stad Brugge.
Ook een gedeelte van de weg in het verlengde van de Langerei, komt in handen van de Stad.

Inspraakvergadering

In het voorjaar 2019 werd de buurt uitgenodigd om hun opmerkingen/ideeën te geven voor het te ontwikkelen parkje (=bleekweide).
Daaruit bleek dat een groot merendeel vraagt om het natuurhistorisch karakter van de site te bewaren en een stilteplek aan te leggen. Hierbij wordt voorgesteld de beek te beschermen en te herstellen, voldoende zitgelegenheid te voorzien, speelnatuur i.p.v. speeltoestellen aan te leggen.

Ontwerp

Infrastructuur
Het gebied wordt ontsloten via zowel de Langerei, de Julius en Maurits Sabbestraat en de Baliestraat. Er wordt een pad aangelegd dat de voormalige bleekweide doorkruist waarbij op twee punten zones zijn met zitgelegenheid.
Het pad (platineverharding) wordt 10 cm hoger aangelegd dan het maaiveldniveau. Op deze manier wordt de grond minder verstoord.
Dit pad sluit aan op het verlengde van de Langerei. Een volledige heraanleg (riolering en bovenbouw) van deze zone Langerei is ook voorzien.

Groenaanleg
De bestaande notelaars blijven behouden. Enkele andere weinig waardevolle bomen worden verwijderd.
Er is een compenserende aanplanting voorzien met 11 sierbomen en hoogstammige appelbomen.
Verder worden sierheesters voorzien aan de randen en wordt een vaste-plantenbegroeiing aangeplant als eilandjes tegenaan het woningencomplex.
Het biodivers gazon wordt beheerd als extensief gazon. Het gazon langs de paden, wordt beheerd als intensief gazon.
In het gazon en rond de bomen worden zones voorzien met bloembollen.

Bleekweidegracht
De bleekweidegracht wordt op z’n oorspronkelijk plaats behouden. Langs één zijde wordt een houten oeverbeschoeiing geplaatst. Langs de andere zijde wordt een flauwe oever voorzien met een oeverbeplanting.
De gracht wordt gebaggerd.

Parkmeubilair / speeltoestellen
Aansluitend op het pad wordt een terras met twee zitbanken voorzien. Tussen en rond de notelaars komt een houten terras met twee niveaus. Vandaaruit is een laag evenwichtsparcours voorzien. De speelelementen bestaan uit evenwichtsbalken, stappalen, rolkeien. Door de beperkte hoogte, gaan deze spelelementen als het ware op in de omgeving.
Het spelelement ‘water’ komt ook aan bod aangezien dit parcours over de beek gaat.

Toegankelijkheid
Er wordt gekozen om het park ook toegankelijk te maken via de Langerei. Het fietsverkeer wordt wel sterk vertraagd door het plaatsen van een fietssluis. Fietsen door het park zal door middel van een verkeersbord verboden worden.

Voor minder validen is het park ook toegankelijk. Het podium zal toegankelijk zijn door middel van het verbindingspad dat in helling zal aangelegd worden.